In het land der Eenogen, BelangRijk genaamd, werkten allerlei mensen aan de opbouw van het land. De mensen hadden een enorme focus, eenieder voor zijn eigenbelang. Zo waren er mensen die bestudeerden de gang van de mieren, anderen de zandkorrels, waterdruppels of luchtbellen.

Iedereen had een taak en iedereen had vooral oog voor het eigen belang. En dat ging goed, iedereen kon zich goed focussen op de kleinste details en had oog voor zijn of haar eigen facet. Ze leefden schijnbaar gelukkig naast en vooral langs elkaar. Naarmate de jaren verstreken ontstond er gaandeweg wrevel en strijd. Sommige Eenogen hadden zoveel eigenbelang, dat anderen zich tekort voelden gedaan in hun belang. En ook het Grote Geheel was uit het oog verloren: daar hadden de Eenogen geen oog voor.

BertDe koning had het ook vernomen en riep de ministers bij elkaar. Hij sprak BelangRijke woorden en had het over zaken als schade en schande en gevaar voor de omgeving en hield daarna een inspirerend betoog over jeugd, toekomst en duurzaamheid. De ministers hoorden het allemaal aan en besloten dat het zo niet langer kon. Ze stelden een commissie van wijzen aan, van luchtfietsers en helikopterkijkers, van illusionisten en visionairs. Ze kakelden door elkaar en ieder had zijn eigen kijk op de zaak. Toen kwam een wijze, die de vuurvliegjes had bestudeerd. Hij zei: “Luister, de vliegen hebben facetogen, met elk facet bezien ze het kleinste detail, maar het hele oog overziet het geheel. Wij bekijken de omgeving vanuit ons eigen belang, en bezien maar één facet van het geheel. Wanneer we met elkaar samenwerken en elk belang even zwaar laten wegen, hebben we het totaalzicht van een facetoog, en bekijken we de omgeving net zoals de vliegjes dat doen. Als we die manier van ons land bekijken vastleggen in een wet, dan worden alle kleine koninkrijkjes van eigenbelang samen weer één groot BelangRijk.”

De ministers luisterden aandachtig en knikten weer, maar er was achterdocht: “hoe groot wordt die wet”? “wie komt er op voor Achterland-belang?” en “hoe houden de bestuurders een oog in het zeil?” en iemand zei: “ik geloof niet in sprookjes!”. Maar ondanks alle bezwaren ging men aan de slag: zwetend en wetend dat er veel weerstand zou komen, maar met een gezamenlijk en duidelijk doel voor ogen. Honderden Eenogen waren bezig, ze schreven zich suf. Wetten werden herzien, besluiten herschreven en ministeriële regels opgesteld. Het was een drukte van belang. Na jaren wikken en wegen waren de Wet en de Besluiten eindelijk klaar. Nog even en de koning zou het volk toespreken met BelangRijke woorden: “de Nieuwe Omgevingswet is vanaf nu van kracht”. De Eenogen wachtten in spanning af. De hele invoering van de Wet zal vast nog wel wat voeten in aarde hebben, daar heeft men wel oog voor. Maar wat de hele exercitie vooral heeft geleerd is dat er pas sprake kan zijn van een duurzaam BelangRijk als men oog heeft voor zowel het eigenbelang als voor ieder anders belang.

20231113 column Bert 1

20231113 column Bert 2

Bert Baan (LinkedIn)

TTE Consultants (Website)

Reageren op deze column kan hier: LinkedIn